Voorzitter Niels van Woensel van de Nederlandse Officieren Vereniging (NOV) signaleert frustraties bij zijn achterban omdat de stuks geschut ook hard nodig zijn om de vuurkracht van ons leger snel te vergroten. Minister Ollongren heeft formeel nog geen besluit genomen over het plan, ze beschikt nog niet over het militaire advies waarin staat wat de gevolgen van de donatie zouden zijn. Dat is nog niet klaar, zo bevestigt een woordvoerder van het departement.
Duitse makelij
De landmacht heeft 24 inzetbare pantserhouwitsers van het type Panzerhaubsitze 2000 (PZH 2000); geavanceerde stuks geschut van Duitse makelij. Er staan er nog 29 in depot. Die zijn van een oudere, technisch minder hoogwaardige versie. De kanonnen – stuksprijs in 2002 ruim zeven miljoen euro – kwamen er direct na aflevering terecht omdat er geen geld, personeel en behoefte was om ze operationeel in te zetten.
Volgens Van Woensel is het de bedoeling met het extra geld voor Defensie dat er deze kabinetsperiode is snel extra PZH 2000’s klaar voor inzet te maken. Het zou gaan om twaalf stuks geschut die in 2023 operationeel zouden moeten zijn bij 13 en 43 Gemechaniseerde Brigade. De uitvoering van dat plan lijkt nu onder druk komen te staan.
Goed middel
„Ik begrijp dat Oekraïne moet worden gesteund, maar tegelijkertijd wordt er van ons verwacht dat we onze krijgsmacht op orde krijgen en deze pantserhouwitsers zijn daar een goed middel voor”, zegt de NOV-voorzitter.
Hij krijgt bijval van luitenant-generaal b.d. Ton van Loon. De artillerist beziet het beoogde weggeven van stuks geschut met gemengde emoties. „Aan de ene kant is het goed om Oekraïne te helpen. Zeker met een wapensysteem als dit, dat misschien wel het best beschikbare is”, zegt de oud-topmilitair. „Maar het is niet zo dat we als Nederland zelf erg ruim in onze spullen zitten. Als je dit wil doen, zou je er meteen een goed verhaal bij moeten hebben over hoe je de Nederlandse vuursteun gaat versterken. Kopen we dan nieuwe pantserhouwitsers terug, of een ander systeem?” De interne frustraties zitten ’m volgens bronnen binnen de landmacht niet alleen in het feit dat onze volgens NAVO te kleine artillerie ook nog wapens gaat kwijtraken. Defensie wil niet zeggen hoeveel, maar volgens ingewijden gaat het om een handvol.
Grote beurt
De pijn zit eveneens in het feit dat het per kanon een maand duurt om ze een grote beurt te geven. Vervolgens moeten ze worden ingeschoten.
Het personeel dat dit gaat doen, kan niet tegelijkertijd werken aan capaciteitsuitbreiding in eigen land. Daarnaast maken betrokkenen zich zorgen over het in Russische handen vallen van de geavanceerde pantserhouwitsers. „Als dat gebeurt, liggen ze een paar dagen later in stukken in Rusland en kunnen de Russen ze namaken”, aldus een betrokkene.
Vakbondsvoorman Van Woensel signaleert dat de minister nu vooral de oren naar Oekraïne lijkt te laten hangen. Hij roept haar op ook oog te houden voor het binnenlandse belang.
Belangenafweging
„Je mag verwachten dat Den Haag een bredere belangenafweging maakt. Zoals dat ook gebeurt in Duitsland. Daar is de bondskanselier terughoudend met het weggeven van zware wapens omdat ze net als ons land er weinig van hebben.”
Van Woensel vervolgt: „Bij zo’n afweging moet je ook betrekken dat dit wapens zijn waarvoor een training van maanden nodig is. Oekraïne vraagt nu alles te sturen wat er is, logisch vanuit hun perspectief, maar wat hebben ze in realiteit aan deze stukken? En hoe verstandig ben je als Nederland bezig geweest als zo’n artilleriestuk binnen een dag wordt uitgeschakeld?”
Plan voor weggeven houwitsers wekt onvrede binnen landmacht - Telegraaf.nl
Read More
Tidak ada komentar:
Posting Komentar