Het is nog altijd onduidelijk wat er moet gebeuren met de geplande bezuiniging van 511 miljoen euro op jeugdzorg. Een deel van de Tweede Kamer wil het schrappen, maar de formerende partijen steunen dit niet. Het demissionaire kabinet wil zelf ook geen besluit nemen.
Vanaf volgend jaar moet er 511 miljoen euro worden bespaard op de jeugdzorg. Tenminste, dat is het plan van het demissionaire kabinet. Maar of dat nog gaat gebeuren en hoe dat geld dan precies moet worden bespaard, is maandag tijdens een debat in de Tweede Kamer nog niet duidelijk geworden.
De jeugdzorg gaat de komende jaren flink op de schop. De zogenoemde Hervormingsagenda Jeugd moet ervoor zorgen dat de zorg voor kinderen en jongeren niet alleen beter wordt, maar ook betaalbaar blijft. Om de verbeteringen niet in de weg te lopen, werden eerder geplande bezuinigingen al deels teruggedraaid. Maar het demissionaire kabinet voerde daarnaast nog een extra bezuiniging van 511 miljoen euro in, en die is gewoon blijven staan.
Dit tot ongenoegen van de jeugdzorg zelf, de gemeenten (die de jeugdzorg financieren) en onder meer GL-PvdA. Kamerlid Lisa Westerveld diende maandag de motie in om de bezuiniging voorlopig te schrappen.
Vanuit het werkveld wordt gevreesd dat de bezuiniging de situatie in de jeugdzorg verslechtert. "Als we met elkaar vinden dat het onbestaanbaar is dat er enorme wachtlijsten zijn, dan moeten we met elkaar vandaag in staat zijn de extra bezuiniging van 511 miljoen euro te schrappen", zei Westerveld.
Van Ooijen noemt eigen voorstel 'onverantwoordelijk'
Westerveld kreeg daarin bijval van SP, ChristenUnie (CU) en SGP. Er moet eerst gekeken worden naar wat er veranderd kan worden voordat er wordt bezuinigd, vinden ze. "Niet eerst: we smijten het geld weg en kijken daarna of er nog iets te hervormen valt", zei Chris Stoffer (SGP).
Het is ook nog steeds niet duidelijk hoe die 511 miljoen in de praktijk moet worden bezuinigd. Op verzoek van Westerveld kwam demissionair staatssecretaris Maarten van Ooijen (Jeugdzorg) vlak voor het debat met een paar opties. Het geld zou volgens hem onder meer kunnen worden gehaald uit het invoeren van een eigen bijdrage voor ouders en het schrappen van zorg voor ernstige dyslexie.
Maar Van Ooijen vindt dat een demissionair kabinet niet in de positie zit om een van deze opties te kiezen. Hij wil dit overlaten aan een nieuw kabinet of nu aan de Kamer. Die kan ook in meerderheid besluiten om de bezuiniging te schrappen.
Dat past ook in het straatje van Van Ooijen. De bewindsman noemde zijn eigen voorstellen om de bezuiniging in de praktijk wel door te voeren, voorafgaand aan het debat "draconische, onverantwoordelijke maatregelen". "Ik heb alleen laten weten wat deze opties zijn. Maar als je het mij vraagt, dan zou ik zeggen: elk van deze opties is eigenlijk onverantwoord voor de kwetsbaarste kinderen in Nederland", zei hij op NPO Radio 1.
Maar als de bezuiniging niet doorgaat, moet de 511 miljoen euro wel ergens vandaan gehaald worden. Ook daar wil het demissionaire kabinet de vingers niet aan branden.
Formerende partijen bekennen geen kleur
Het lijkt er ook niet op dat de Kamer het besluit zal nemen. De partijen die nu met elkaar in gesprek zijn over het vormen van een nieuw kabinet, kaatsen de bal juist weer terug naar het demissionaire kabinet.
"De staatssecretaris moest zich de afgelopen jaren hard maken voor de 511 miljoen, waarvan iedereen had kunnen zien dat dat niet uitvoerbaar was", zei NSC-Kamerlid Faith Bruyning. "Gaat u zelf uw verantwoordelijkheid vinden om daarvoor de oplossing te vinden?"
Naast de NSC (die ook het woord voerde voor de BBB) namen ook de PVV en NSC maandag geen stelling in over de vraag of de bezuiniging geschrapt moet worden. Het zorgde voor frustratie bij andere partijen. "Dan hebben we toch een heel raar politiek moment te pakken? Als twee partijen naar elkaar wijzen en er vervolgens geen oplossing komt?", vroeg Westerveld zich af.
Kabinet en Tweede Kamer wijzen bij miljoenenbesparing jeugdzorg naar elkaar - NU.nl
Read More
Tidak ada komentar:
Posting Komentar